Terug

Aanpassing besluit internationale waardeoverdracht van pensioen

4 april 2024
Loonbelasting

Naar aanleiding van twee arresten van het Hof van Justitie EU heeft de staatssecretaris van Financiën een besluit over de internationale waardeoverdracht van pensioen aangepast. Door de wijziging zijn twee eerder gestelde voorwaarden aan de internationale waardeoverdracht van pensioenkapitaal van werknemers aan fiscaal niet-aangewezen pensioenuitvoerders binnen de EU, de EER of Zwitserland vervallen. Vervallen zijn de voorwaarden, dat:

  • de afkoopmogelijkheden in het andere land niet ruimer mogen zijn dan de afkoopmogelijkheden op grond van de Pensioenwet; en
  • de buitenlandse ontvangende pensioenuitvoerder een overeenkomst sluit met de Belastingdienst waarin de buitenlandse pensioenuitvoerder aansprakelijkheid aanvaardt voor de door de gerechtigde werknemer verschuldigde belasting en revisierente ter zake van belastbare feiten met betrekking tot het overgedragen pensioen dan wel dat de werknemer zekerheid stelt.

Het vervallen van de voorwaarden werkt terug tot 16 november 2023, de datum waarop het Hof van Justitie EU de arresten heeft gewezen.

Bronvermelding

  • datum: 4 april 2024
  • bureau: Ministerie van FinanciĆ«n
  • karakter: besluit
  • nummer: nr. 2024-6955, Staatscourant 2024, Nr. 10467

Misschien ook intressant

Belastingplan
Aanpassingen kindgebonden budget
Het kabinet stelt een aantal aanpassingen van het kindgebonden budget voor. Het maximumbedrag voor het eerste kind gaat van € 2.436 in 2024 naar € 2.511. De afbouw van de bedragen gaat van 6,75% in 2024 naar 7,10%. De verhoging van het
Belastingplan
Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025
Met de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 zijn de volgende maatregelen ingevoerd in de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregelingen aanmerkelijk belang (DSR ab): aan derden verhuurde onroerende zaken
Omzetbelasting
Geen fiscale eenheid omzetbelasting wegens gebrek aan financiƫle verwevenheid
Een bedrijf, dat facilitaire diensten verleent aan een stichting, meende op basis van een eerdere beschikking van de Belastingdienst dat het onderdeel was van een fiscale eenheid omzetbelasting met die stichting. De inspecteur betwistte dit en legde