Terug

Belastingdienst controleert in 2025 extra op zakelijke kosten

6 februari 2025
Algemeen

De Belastingdienst gaat in 2025 extra aandacht besteden aan de beoordeling van zakelijke kosten, onder andere bij eenpersoons-bv’s. Dit komt voort uit waarnemingen waaruit blijkt dat kostenposten regelmatig verkeerd worden verwerkt en dat leidt tot correcties (navorderingen en naheffingen). 

Uit analyses van voorgaande jaren, zoals de jaarlijkse steekproef ondernemingen, blijkt dat veel correcties in de aangiften te maken hebben met privéuitgaven die onterecht worden opgevoerd als zakelijke kosten. Denk aan schilderwerk van een privéwoning of abonnementen om te sporten en streamingdiensten. Deze onjuiste aftrekposten komen zowel bij zelfstandige ondernemers als bij directeur-grootaandeelhouders (dga’s) van eenpersoons-bv’s veel voor. 

Bij deze laatste groep ziet de Belastingdienst opvallend vaak hoge fiscale correcties in de vennootschapsbelasting en verkapte winstuitdelingen in de inkomstenbelasting. Deze hebben vaak betrekking op opgevoerde onzakelijke kosten.

Bronvermelding

  • datum: 6 februari 2025
  • bureau: Belastingdienst
  • karakter: persbericht

Misschien ook intressant

Eindejaarsactualiteiten
Wijzigingen loonkostenvoordelen per 2025
Het lage-inkomensvoordeel (LIV) vervalt per 1 januari 2025. Het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers wordt voor dienstbetrekkingen, die zijn begonnen op of na 1 januari 2024, in 2025 verlaagd. Per 1 januari 2026 wordt dit LKV afgeschaft.
Inkomstenbelasting
Feitelijk gescheiden levende gehuwden blijven elkaars fiscale partner
Een procedure voor Hof Den Bosch betrof de vraag of apart wonende gehuwden voor de belastingheffing als alleenstaande kunnen worden aangemerkt. Het geschil spitste zich toe op de vragen of sprake is van fiscaal partnerschap en of de
Overdrachtsbelasting
Startersvrijstelling overdrachtsbelasting geldt niet voor verkrijging schoolgebouw
Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken wordt overdrachtsbelasting geheven. De belasting bedraagt in beginsel 10,4% van de waarde van de onroerende zaak. Onder voorwaarden geldt voor de verkrijging van een woning een lager tarief