Terug

Feitelijk gescheiden levende gehuwden blijven elkaars fiscale partner

31 oktober 2024
Inkomstenbelasting

Een procedure voor Hof Den Bosch betrof de vraag of apart wonende gehuwden voor de belastingheffing als alleenstaande kunnen worden aangemerkt. Het geschil spitste zich toe op de vragen of sprake is van fiscaal partnerschap en of de gemeenschappelijke inkomensbestanddelen voor een juist bedrag in de belastingheffing zijn betrokken.

Echtgenoten worden als elkaars fiscale partner aangemerkt, tenzij zij van tafel en bed zijn gescheiden. In dat geval gelden zij als ongehuwd. Echtgenoten worden niet meer als partner aangemerkt als zij een verzoek tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed hebben ingediend en niet meer op hetzelfde woonadres staan ingeschreven. Feitelijk gescheiden van elkaar leven maakt geen einde aan het fiscale partnerschap van echtgenoten.

De gezamenlijke inkomensbestanddelen van de echtgenoten betroffen de inkomsten uit eigen woning en de persoonsgebonden aftrek. De Wet IB 2001 bepaalt dat gemeenschappelijke inkomensbestanddelen worden geacht bij ieder van de fiscale partners voor de helft op te komen, tenzij zij voor een andere verdeling hebben gekozen in de aangiften.

Slechts één woning van een belastingplichtige en zijn partner wordt aangemerkt als de eigen woning. Als er meerdere woningen daarvoor in aanmerking komen, moet een keuze voor een eigen woning worden gemaakt in de aangifte. Omdat de aangifte van de echtgenote van de belanghebbende als eerste is ingediend, heeft de inspecteur haar woning als eigen woning voor beide partners in aanmerking genomen. Omdat de belanghebbende en zijn echtgenote geen keuze hebben gemaakt over de onderlinge verdeling van de inkomsten en lasten van de eigen woning, heeft de inspecteur aan ieder 50% van de inkomsten en de lasten toegerekend. De in de aangifte van de belanghebbende opgenomen negatieve inkomsten van zijn woning heeft de inspecteur niet in aftrek toegestaan.

Bij de berekening van de aftrek van specifieke zorgkosten heeft de inspecteur, in afwijking van de aangifte, rekening gehouden met het inkomen van de echtgenote bij de bepaling van de drempel. Vanwege de hoogte van het gezamenlijke verzamelinkomen heeft de inspecteur de in de aangifte opgenomen verhoging van 113% van de specifieke zorgkosten geschrapt.

Naar het oordeel van het hof zijn de correcties terecht aangebracht.

Bronvermelding

  • datum: 31 oktober 2024
  • bureau: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLINLGHSHE20242585, 22/2321

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3 naar Tweede Kamer
De staatssecretaris van Financiƫn heeft het voorstel Wet tegenbewijsregeling box 3 ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel is een reactie op arresten waarin de Hoge Raad heeft geoordeeld dat de Wet rechtsherstel box 3 en de Overbruggingswet
Inkomstenbelasting
Verlies adviesbureau niet meer verrekenbaar met overig inkomen
De schok kwam hard aan. Een belastingaanslag € 18.000 hoger dan verwacht. Na 15 jaar acceptatie besluit de Belastingdienst plotseling dat het verlies van een adviesbureau niet meer aftrekbaar is van het overige inkomen. Het hof bevestigt: een
Formeel recht
Verzoek correctie geldt voor alle aanslagen
In een recente uitspraak trekt de hoogste rechter een streep door het formalisme van de Belastingdienst. Na jarenlang procedureel getouwtrek krijgt een belastingplichtige alsnog de kans om een aanslag van bijna een half miljoen euro inhoudelijk te