Terug

Gerechtshof corrigeert onredelijke schatting van inspecteur

23 januari 2025
Ondernemingswinst

Een ondernemer exploiteert huurrechten met betrekking tot panden. Dit houdt in dat hij panden huurt en deze vervolgens onderverhuurt. Daarnaast is hij betrokken bij het innen van huurpenningen en het beheer van de verhuurde woningen. Voor dit laatste heeft hij een mondelinge overeenkomst gesloten met een tussenpersoon, die namens hem de huurpenningen int en afdraagt, huurovereenkomsten opstelt en bemiddelt bij de exploitatie en het beheer van de panden.

De inspecteur van de Belastingdienst is van mening dat de tussenpersoon niet de vereiste aangifte heeft gedaan. De aangegeven winst uit onderneming is aanzienlijk lager dan de werkelijke winst, gebaseerd op een theoretische winstberekening. Hij legt een navorderingsaanslag op, waarin hij de winst uit onderneming verhoogt. De berekening baseert hij op huurbetalingen en -ontvangsten via de bankrekening en ervan uitgaande dat een deel van de huurtransacties in contanten plaatsvindt. De inspecteur betwist de stelling van de tussenpersoon dat een deel van de inkomsten niet aan hem toerekenbaar is en dat er te weinig bedrijfskosten in aanmerking worden genomen.

In hoger beroep oordeelt Hof Den Haag dat de inspecteur geen redelijke schatting heeft gemaakt van de winst uit onderneming. Het hof vindt het onredelijk dat de inspecteur geen rekening houdt met het aandeel van de ondernemer in de winst. De panden staan op zijn naam en er is een mondelinge overeenkomst met de tussenpersoon. Het hof stelt de winst uit onderneming in goede justitie vast en vermindert de navorderingsaanslag.

Bronvermelding

  • datum: 23 januari 2025
  • bureau: Gerechtshof Den Haag
  • nummer: ECLI:NL:GHDHA:2024:2332

Misschien ook intressant

Ondernemingswinst
Belastingadviseur faalt bij onderbouwing zakelijke kosten
Een belastingadviseur raakte verwikkeld in een juridische strijd met de Belastingdienst over de zakelijkheid van diverse kostenposten in zijn aangiften IB voor de jaren 2015-2017. De Belastingdienst accepteerde meerdere kostenposten niet en stelde de
Ondernemingswinst
Milieulijst 2025 vastgesteld
De staatssecretaris van I en W heeft de Milieulijst 2025 vastgesteld. De Milieulijst omvat de bedrijfsmiddelen, die bij investering in 2025 in aanmerking komen voor de Vamil (willekeurige afschrijving milieu-investeringen) en de MIA
Inkomstenbelasting
Nadere invulling van begrip "werkelijk rendement"
De Hoge Raad heeft kort voor het einde van 2024 enkele arresten gewezen over de samenstelling van het werkelijk behaalde rendement in box 3. Een van de arresten betreft de vraag hoe moet worden omgegaan met een tweede woning, die niet wordt verhuurd