Terug

Naheffingsaanslag parkeerbelasting van € 0 is onrechtmatig

6 maart 2025
Overige heffingen

Een automobilist parkeert zijn auto aan de Oscarlaan in Almere. Het eerste uur parkeren is hier gratis. Vanaf het tweede uur moet wel betaald worden. De automobilist parkeert langer dan een uur, zonder een parkeerkaartje aan te schaffen of de parkeerapparatuur in werking te stellen. Een parkeercontroleur legt een naheffingsaanslag op van € 66,50, bestaande uit € 0 aan parkeerbelasting (het tarief van het eerste uur) en € 66,50 aan kosten. De automobilist gaat hiertegen in bezwaar en later in beroep. De vraag in deze zaak is of een naheffingsaanslag parkeerbelasting rechtsgeldig kan zijn als deze uitsluitend uit kosten bestaat.

Wat stelt de automobilist?

De automobilist stelt dat de naheffingsaanslag onrechtmatig is. Aangezien geen belasting is nageheven, is geen sprake van niet-betaalde belasting. Een naheffingsaanslag die alleen uit kosten bestaat, kan volgens hem niet rechtsgeldig zijn.

Wat is het verweer van de gemeente?

De heffingsambtenaar van de gemeente stelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Hij voert ter onderbouwing van zijn standpunt twee gronden aan. Ten eerste heeft de automobilist geen "aangifte" gedaan door het niet in werking stellen van de parkeerapparatuur; immers, ook voor het gratis parkeren moet een ticket worden gehaald. Ten tweede stelt de heffingsambtenaar dat hij er ook voor had kunnen kiezen om, in plaats van het tarief van het eerste uur (dat gratis is), het tarief van het tweede uur (€ 1) na te heffen, aangezien de automobilist feitelijk langer dan één uur heeft geparkeerd en voor dat tweede uur wel belasting verschuldigd was. De inspecteur vindt daarom dat zowel de naheffingsaanslag als de kostenberekening rechtmatig zijn.

De rechtbank beslist

De rechtbank volgt in beroep het standpunt van de heffingsambtenaar. De rechtbank gaat mee in de redenering dat ook bij gratis parkeren de verplichting bestaat om de parkeerapparatuur te gebruiken en dat de niet-naleving hiervan kan leiden tot een naheffingsaanslag van kosten. De rechtbank ziet geen reden om de kostenberekening aan te passen en laat de naheffingsaanslag in stand zoals deze door de heffingsambtenaar is opgelegd.

Het hof oordeelt anders

Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank. Het hof oordeelt dat vereist is dat parkeerbelasting die op aangifte betaald had moeten worden, niet is betaald. Aangezien de heffingsambtenaar geen parkeerbelasting heeft nageheven, immers de aanslag bestaat uitsluitend uit kosten, erkent de ambtenaar daarmee dat er geen sprake is van niet-betaalde parkeerbelasting. De naheffingsaanslag kan daarom niet in stand blijven. Het hof verwerpt ook de argumenten dat een bevoegdheid tot naheffing bestaat, omdat geen aangifte is gedaan of omdat een hoger tarief had kunnen worden toegepast.

Bronvermelding

  • datum: 6 maart 2025
  • bureau: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLI:NL:GHARL:2025:594

Misschien ook intressant

Belastingplan
Aanpassingen kindgebonden budget
Het kabinet stelt een aantal aanpassingen van het kindgebonden budget voor. Het maximumbedrag voor het eerste kind gaat van € 2.436 in 2024 naar € 2.511. De afbouw van de bedragen gaat van 6,75% in 2024 naar 7,10%. De verhoging van het
Belastingplan
Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025
Met de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 zijn de volgende maatregelen ingevoerd in de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregelingen aanmerkelijk belang (DSR ab): aan derden verhuurde onroerende zaken
Omzetbelasting
Geen fiscale eenheid omzetbelasting wegens gebrek aan financiële verwevenheid
Een bedrijf, dat facilitaire diensten verleent aan een stichting, meende op basis van een eerdere beschikking van de Belastingdienst dat het onderdeel was van een fiscale eenheid omzetbelasting met die stichting. De inspecteur betwistte dit en legde