Terug

Recht op aftrek voorbelasting bij kosteloze terbeschikkingstelling

5 december 2024
Omzetbelasting

De btw-richtlijn geeft ondernemers het recht op aftrek van omzetbelasting die door andere ondernemers aan hen in rekening is gebracht. Het recht op aftrek is gekoppeld aan de mate waarin de van andere ondernemers afgenomen goederen en diensten worden gebruikt voor belaste prestaties van de afnemer.

Het Hof van Justitie EU heeft onlangs de vraag beantwoord of het recht op aftrek van voorbelasting mag worden geweigerd aan een ondernemer, die een machine heeft aangekocht, die hij vervolgens kosteloos ter beschikking stelt aan een onderaannemer. De onderaannemer gebruikte de machine om werkzaamheden voor de terbeschikkingsteller van de machine te verrichten. Volgens het Hof van Justitie EU mag het recht op aftrek van voorbelasting niet worden geweigerd voor zover de terbeschikkingstelling niet verder gaat dan hetgeen noodzakelijk is om de ondernemer in staat te stellen in een later stadium zijn economische activiteit uit te oefenen. De kosten van de aankoop moeten wel zijn verwerkt in de prijs van de door de ondernemer geleverde goederen of verrichte diensten.

Bronvermelding

  • datum: 5 december 2024
  • bureau: Hof van Justitie EU
  • karakter: jurisprudentie
  • nummer: ECLIEUC2024866, C 475/23

Misschien ook intressant

Formeel recht
Inzage in fiscaal dossier niet voor 1 januari 2026
Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 is een amendement aangenomen dat belastingplichtigen het recht geeft op inzage in het eigen dossier. Dit amendement wijzigt de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). De staatssecretaris van Financiën
Vennootschapsbelasting
Geen belastingplicht voor Immobilien-Sondervermögen in Nederland
Een naar Duits recht opgericht Immobilien-Sondervermögen investeert wereldwijd in onroerende zaken. In 1997 heeft dit beleggingsfonds voor het eerst in Nederland geïnvesteerd in Nederlandse onroerende zaken. Volgens de inspecteur is het
Formeel recht
Hoge Raad komt met nieuwe uitleg van gering financieel belang voor vergoeding immateriële schade
Een persoon probeerde een vergoeding voor immateriële schade te verkrijgen door te stellen dat de invorderingsrente te laag was vastgesteld. Uiteindelijk belandde de zaak bij de Hoge Raad, die een nieuwe aanpak introduceerde om procedures omwille van