Terug

Voortgangsbrief werken met en als zelfstandige; aanpassing wetsvoorstel Vbar

3 april 2025
Arbeidsrecht

De minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën hebben een brief naar de Tweede Kamer gestuurd over de voortgang van werken met en als zelfstandigen. Een van de onderwerpen in deze brief is het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar). Dit wetsvoorstel moet meer duidelijkheid bieden over de kwalificatie van een arbeidsrelatie. Die duidelijkheid moet komen van codificatie van bestaande jurisprudentie op dit vlak. Het wetsvoorstel Vbar gaat uit van indicaties, die wijzen op werkinhoudelijke en organisatorische sturing en daarmee een aanwijzing vormen voor een arbeidsovereenkomst. Daartegenover staan indicaties, die wijzen op werken als zelfstandige. Pas als een beoordeling van deze twee elementen niet leidt tot een doorslaggevend oordeel over de arbeidsrelatie, wordt toegekomen aan het wegen van het zogenaamde externe ondernemerschap.

Onlangs heeft de Hoge Raad prejudiciële vragen over de rol van extern ondernemerschap bij het kwalificeren van een arbeidsrelatie beantwoord. Daaruit blijkt dat een arbeidsrelatie verschillend kan worden beoordeeld, afhankelijk van de vraag of iemand zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen. De uitspraak van de Hoge Raad is aanleiding om het wetsvoorstel Vbar aan te passen. Het externe ondernemerschap wordt één van de omstandigheden, die meewegen bij de beoordeling van een arbeidsrelatie.

Het wetsvoorstel Vbar is onderdeel van het Herstel- en Veerkrachtplan. Daarin staat dat de wet per 1 januari 2026 in werking moet treden. Als dat niet wordt gehaald, kan dat leiden tot een korting op bijdragen van de EU. Hoewel het tijdpad zeer krap is, achten de minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën deze datum haalbaar. Het gewijzigde wetsvoorstel zal naar verwachting voor de zomer worden ingediend bij de Tweede Kamer.

Bronvermelding

  • datum: 3 april 2025
  • bureau: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
  • karakter: publicatie
  • nummer: 2025-0000040119

Misschien ook intressant

Inkomstenbelasting
Supermarktsaga: een rammelende kas
Een belastingplichtige exploiteerde vijf avondwinkels en een supermarkt met slagerij. Tijdens een boekenonderzoek naar de aanvaardbaarheid van de aangiften inkomstenbelasting en omzetbelasting is volgens de inspecteur gebleken dat sprake was van een
Internationaal
Fiscale migratie: waar is thuis?
Een belastingplichtige emigreerde in 2015 naar Duitsland, althans dat meent hij. De inspecteur stelt echter dat de belastingplichtige fiscaal nog steeds in Nederland woont en corrigeert de aangifte inkomstenbelasting door het opleggen van een
Formeel recht
Fiscaal kat-en-muisspel
Een belastingplichtige doet aangifte voor de inkomstenbelasting, waarbij hij de tegoeden op buitenlandse bankrekeningen niet aangeeft. De inspecteur komt hier achter, legt een navorderingsaanslag op en eist forse vergrijpboeten. De belastingplichtige